De roede is een oude lengtemaat en een oude oppervlaktemaat (zie roede), die van plaats tot plaats verschilde. Een roede bestond uit een aantal voeten, variërend van 7 tot 21.
Voor het meten van lange afstanden was de Rijnlandse roede van 3,767 m het meest gebruikelijk.
Volgens het in 1820 ingevoerde Nederlands metriek stelsel was een roede gelijk aan 10 meter. In 1937 werd de roede definitief afgeschaft. Bollenkwekers in bijvoorbeeld West-Friesland gebruiken de roede nog steeds, naast hectare.
Gebruik in Vlaanderen
Brugse roede is 3,84 m (= 14 voet van elk 27,428 cm)
Kortrijkse roede is 2,976 m (= 10 voet van elk 29,76 cm)
Veurnse roede is 3,82 m (= 14 voet van elk 27,28 cm)
Ieperse roede is 3,8208 m (= 14 voet van elk 27,29 cm)
Aalstse roede is 5,544 m (= 20 voeten van 27,72 cm)
De Meerse roede is 5,815 m (= 20 voeten van 29,07 cm)
De Dendermondse roede is 5,787 meter (= 21 voeten van 27,557 cm)
de Wase roede is 3,8542 meter (= 14 voeten van 27,53 cm)
In West-Brabant bestonden er meerdere roede-standaarden gebaseerd op de Brusselsevoet (0,27575 meter): 16 1/3 voet, 17 1/3 voet, 18 1/3 voet (Land van Gaasbeek), 19 1/3 voet (Gooik), 20 1/3 voet (Land van Asse en het Zoniënwoud) en 21 voet.