Pieter Braecke
Pieter Braecke
Algemene informatie
Land België
Geboortedatum 4 oktober 1858
Geboorteplaats Nieuwpoort
Overlijdensdatum 10 november 1938
Overlijdensplaats Nossegem
Werk
Beroep beeldhouwer, beeldend kunstenaar, ontwerper
Werkveld ontwerp, architectuur
Werkplaats Stad Brussel
Studie
School/universiteit Academie voor Schone Kunsten Brugge, Stedelijke Academie voor Schone Kunsten (Leuven)
Kunst
Stroming expressionisme
De informatie in deze infobox is afkomstig van Wikidata.
U kunt die informatie hier bewerken.

Pieter Braecke, voluit Petrus-Joannes Braecke (18581938),[1] was een door de kunstgeschiedenis veronachtzaamde Belgische beeldhouwer.[2] Pas aan het begin van de eenentwintigste eeuw kreeg hij erkenning.

Levensloop[3]

[bewerken | brontekst bewerken]

Pieter Braecke werd 4 oktober 1858 geboren in Nieuwpoort als zoon van de wagenmaker Pieter Jakob (Petrus Jacobus) Braecke (1824-1885) en Sophie (Sophia Ludovica) Pauwels (1830-1925). In 1903 trad hij in het huwelijk met Elodea Romeo (1875-1971). Het huwelijk bleef kinderloos.

Vanaf 1898 werkte en woonde Pieter Braecke in Brussel, in de Troonsafstandsstraat nr 31. Hij woonde er tot zijn dood in een huis, ontworpen door Victor Horta en gebouwd in 1901, geklasseerd sinds 1997. In 1907 kocht hij een buitenverblijf in Nossegem dat hij deelde met Elodea’s verwanten, personeel en huurders en gasten.[4]

Hij overleed op 10 november 1938 en werd in Nossegem begraven. Het schepencollege van Nieuwpoort, de burgemeester van Nossegem en Victor Horta brachten hem bij de begrafenis een laatste hulde.[5]

Zijn grafmonument werd op initiatief van zijn weduwe en door de zorgen van Victor Horta opgericht in 1943.

Opleiding en vorming

[bewerken | brontekst bewerken]

Pieter Braecke volgde tekenlessen in de Gemeentelijke Tekenacademie van Nieuwpoort en in 1868 won hij als tienjarige een eerste prijs voor tekenen in de regionale wedstrijd van Oost- en West-Vlaanderen.[6]

In 1874 sloot hij zijn middelbare studies af in de École moyenne de l’État in Nieuwpoort[7] en ging werken in het atelier van beeldhouwer Henry Pickery (1828-1894) in Brugge. Na zijn dagtaak volgde hij les aan de Stedelijke Academie voor Schone Kunsten van Brugge.

In de periode 1879-1883 volgde hij een opleiding – in het Frans – aan de Stedelijke Academie voor Schone Kunsten van Leuven.[8]

In 1882, Pieter Braecke was toen 22 jaar, dong hij mee naar de prestigieuze Grote Prijs van Rome en verwierf – gedeeld met Isidore De Rudder – een tweede prijs met medaille en diploma.[9][10]

Omstreeks 1884 ging hij in Sint-Gillis bij Brussel aan de slag in het atelier van de Franse ornamentist Houtstont (1832-1912).[11]

Van 1885 tot 1889 werkte hij in het atelier van Paul De Vigne, de beeldhouwer die een blijvende invloed zou hebben op zijn stijl en eclectische kunstopvatting.[11]

Artistieke loopbaan

[bewerken | brontekst bewerken]

Vanaf 1898 werkte Pieter Braecke zelfstandig in zijn eigen atelier in Sint-Joost-ten-Node.

In 1892 nam hij deel aan het eerste Salon Pour l'Art[12] Het eerste Salon Pour l'Art is een reactie van de jonge beeldende kunstenaars tegen de “platitude et la banalité des Salons officiels”, de platvloerse en banale officiële salons.

Voor de internationale tentoonstelling van Turijn in 1902 maakte hij vier vrouwenfiguurtjes die een van de meubels in de Hortazaal versierden.

In augustus 1903 volgde Pieter Braecke Georges Houtstont op als leraar aan de Gemeentelijke Tekenschool van Sint-Joost-ten-Node.[13] Tijdens een eerste congres over het kunstonderwijs in Bergen op 14 september 1930 zou hij getuigen van zijn vooruitstrevende didactische en pedagogische activiteiten.[14]

In 1906 leverde hij bijdragen voor het Belgische paviljoen op de Internationale Wereldtentoonstelling van Milaan: een beeld van Sint-Michiel en allegorische voorstellingen van De Natuur, De Bezieling, Het Gevoel, De Beeldhouwkunst, De Schilderkunst, De Roem. Vele van die beelden en reliëfs zijn verloren gegaan. Van enkele zijn de gipsmodellen bewaard.[15]

Voor de Wereldtentoonstelling van Brussel 1910 ontwierp Pieter Braecke beeldengroepen waarvan alleen foto’s en schetsen overgebleven zijn.

Na de Eerste Wereldoorlog schiep de grote vraag naar oorlogsgedenktekens een welkome bron van inkomsten.[15]

Voor de Belgische deelname aan de Exposition Internationale des Arts Décoratifs et Industriels Modernes van Parijs in 1925 maakte hij een fries die de sierkunsten verbeeldde. Het werk ging verloren.

Het IJzermonument

Het IJzermonument in Nieuwpoort, een imposant gedenkteken van de Slag aan de IJzer, ontworpen in samenwerking met Victor Horta, werd onthuld op 26 oktober 1930.

Voor de Wereldtentoonstelling van Brussel 1935 creëerde hij een monumentale beeldengroep die het jaar 1830 symboliseert.[16]

Tijdens zijn laatste levensjaren wijdde hij zich aan de teken- en schilderkunst.

In 1928 bracht Pieter Braecke zijn erediploma’s, onderscheidingen, medailles en talrijke gipsmodellen over naar zijn geboortestad Nieuwpoort voor de inrichting van het Museum Pierre Braecke.

Werken

[bewerken | brontekst bewerken]

Pieter Braecke realiseerde in opdracht van particulieren en openbare besturen een groot en gevarieerd eclectisch oeuvre: beelden, bustes, reliëfs, medaillons, gedenkplaten chryselefantiene beeldjes en kleinere gebruiksvoorwerpen.

Vormentaal[17]

[bewerken | brontekst bewerken]

Pieter Braecke kan niet eenduidig ingedeeld worden bij een bepaalde kunststroming. Zijn werk vertoont kenmerken van art nouveau, symbolisme, realisme, expressionisme.[18] Het is in het algemeen eclectisch met een voorkeur voor allegorische verwijzingen.

De vergiffenis, brons, in het Museu Nacional d’Art de Catalunya
Beelden van de Romeinse godheden Mars en Minerva flankeren de inkom van de Koninklijke Militaire School, België
Met de rechterhand omhelst Mars een vlag bekroond door een leeuw; in de linkerhand houdt hij een (vermoedelijke) lauwertak.
Met de linkerhand houdt Minerva een zwaard dat omkranst is door vermoedelijk een lauwertak.

Musea[19]

[bewerken | brontekst bewerken]

Kerken[21]

[bewerken | brontekst bewerken]

Openbare gebouwen[23]

[bewerken | brontekst bewerken]
Allegorische beeldengroep van de Nationale Bank van België in Nieuwpoort
Vredegerecht, Nieuwpoort; replica van 1988 van het mariabeeld met kind van 1928

Burgerlijke gebouwen[25]

[bewerken | brontekst bewerken]

Herdenkingsmonumenten[28]

[bewerken | brontekst bewerken]
Monument van Edouard Remy
Oorlogsmonument van Oostende

Oorlogsmonumenten[34]

[bewerken | brontekst bewerken]

Na de Eerste Wereldoorlog realiseerde Pieter Braecke een reeks oorlogsgedenktekens.

Stedelijk oorlogsgedenkteken van Nieuwpoort

Grafmonumenten[40]

[bewerken | brontekst bewerken]
Portretmedaillon van Hendrik Geeraert

Verfraaiing van parken en steden[44]

[bewerken | brontekst bewerken]

Overige werken in openbaar bezit[45]

[bewerken | brontekst bewerken]
Buste van Leon de Bruyn

Werken in (oorspronkelijk) privébezit[46]

[bewerken | brontekst bewerken]

Het boek in referte somt een zestigtal werken op variërend qua onderwerp, materiaal, omvang, waaronder:

Medailles en plaketten[47]

[bewerken | brontekst bewerken]

Pieter Braecke ontwierp behalve grote werken ook medailles en plaketten.

Schilderijen[49]

[bewerken | brontekst bewerken]

Braeckes nalatenschap als kunstschilder omvatte ruim zevenendertig grote en achtenveertig kleine schilderijen, vaak op triplex, met allegorische taferelen en vrouwelijke naakten. Met het perspectief en volumes van een beeldhouwer legde hij in zijn schilderijen dezelfde gevoelens als in zijn beeldhouwwerken. Achter de triplexpanelen in de boogvelden in de inkomhal van het stadhuis van Nieuwpoort zouden volgens voormalig stadsarchivaris Paul Bourgois, oorspronkelijke tekeningen van Braecke bewaard gebleven zijn.[49]

Museum Pierre Braecke[50]

[bewerken | brontekst bewerken]
Afgietsel van een gips in Nieuwpoort

Pieter Braecke, zijn weduwe en familieleden schonken een aantal gipsmodellen aan zijn geboortestad Nieuwpoort voor de inrichting van het “Museum Pierre Braecke”. Het museum kende een woelig bestaan. De inhoud werd tijdens de Tweede Wereldoorlog beschadigd. Door gebrek aan interesse en aan geld en door veranderde esthetische inzichten werd het museum ontmanteld en het legaat verwaarloosd.

Begin van de eenentwintigste eeuw kreeg de erfenis van Pieter Braecke weer de erkenning die ze verdient. In 2010 publiceerde het Agentschap Onroerend Erfgoed van de Vlaamse Overheid een lijvige monografie: Pieter Braecke, beeldhouwer (1858-1938): Als de ziele luistert.[51] Het boekwerk bevat ook een catalogus van honderdzesennegentig gipsmodellen, portretten, medailles, beelden en portretbustes die ooit geschonken werden aan de stad. Een derde van die werken bevindt zich in een gave tot vrij gave staat of zijn licht beschadigd. Een derde is ernstig beschadigd. Een derde is spoorloos, verdwenen, onherstelbaar beschadigd of vernield.[52]

Eerbetoon[53]

[bewerken | brontekst bewerken]

In 1910 werd Pieter Braecke erelid van de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Milaan.

In 1922 werd hij lid van de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Antwerpen.

In 1925 werd hij lid en in 1931 voorzitter van van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen en Schone Kunsten van België, afdeling Schone Kunsten.

Vanaf 1926 zetelde hij in de Le Comité des salons, jury d’admission et de placement van de Société Royale des Beaux-arts voor de beeldhouwkunst en schilderkunst[5][54]

Hij was afgevaardigde van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen en Schone Kunsten van België bij het gemengd Comité voor de Kunstvoorwerpen van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen.

Hij was Commandeur in de Leopoldsorde (1928), Grootofficier in de Kroonorde (1934) (p45) en Commandeur in de Orde van Nichan El-Anouar[55]

In de periode van 1880 tot 1935 werd Pieter Braecke vereerd met in totaal zevenentwintig medailles, onderscheidingen en diploma’s voor zijn medewerking aan tentoonstellingen en bouwwerken in Brussel, Brugge, Gent, Parijs, Luik, Keulen, Dresden, Venetië, Turijn, Milaan, Barcelona, Chicago, Saint-Louis (Louisiana).[53]

[bewerken | brontekst bewerken]

Literatuur

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie de categorie Pieter Braecke van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.