Jos Moerenhout
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Algemene informatie
Volledige naam Martin-Joseph Moerenhout
Bijnaam Jos
Geboren 27 april 1909
Geboorteplaats Stedelijk gebied BrusselBewerken op Wikidata
Overleden 18 januari 1985
Overlijdensplaats AntwerpenBewerken op Wikidata
Land Vlag van België België
Werk
Genre(s) HaFaBramuziek
Beroep componist, dirigent, klarinettist
Instrument(en) klarinet
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Muziek

(Jos) Martin-Joseph Moerenhout (Sint-Jans-Molenbeek, 27 april 1909Antwerpen, 18 januari 1985) was een Belgisch componist, dirigent en klarinettist.

Levensloop

[bewerken | brontekst bewerken]

Het stond voor hem al spoedig vast dat hij "in de muziek" zou gaan en speelde al vroeg klarinet in het harmonieorkest van Laeken. Hij studeerde aan de muziekacademie in zijn geboorteplaats. Vanaf de 18-jarige leeftijd deed Moerenhout zijn studies aan het Koninklijke Muziek-Conservatorium te Brussel in de vakken compositie, muziektheorie en klarinet. Al vroeg bracht hij zijn verworven kennis in praktijk: op negenjarige leeftijd reeds componeerde hij enkele werkjes en als zeventienjarige stichtte hij een symfonisch orkest "Excelsior", dirigeerde een koor en... een blaasorkest. Met grandioze punten sloot hij de studie aan het conservatorium af... om zich middels privélessen verder te bekwamen bij de grote hervormers van de Belgische blaasmuziek Paul Gilson en August de Boeck, waar hij contrapunt, fuga en compositie studeerde.

Tussendoor had hij ook nog gelegenheid gevonden om - in 1929 - als soloklarinettist te fungeren in de Muziekkapel van de 8e Linie van Brussel.

Hij koos voor een militaire loopbaan en behaalde in 1939 het diploma voor kapelmeester. Van 1939 tot 1940 was hij kapelmeester van de Muziekkapel van de 1e Jagers te Voet in Mons. Van 1945 tot 1951 opereerde hij in Duitsland. Hij was hij dirigent van de Muziekkapel van de 6e Brigade te Bensberg bij Keulen en van de Muziekkapel van de 7e Brigade te Aken en Unna. Van 1951 tot 1960 was hij kapelmeester van de Muziekkapel van de 11e Infanterie Brigade te Antwerpen. Deze kapel werd in 1955 omgedoopt in Muziekkapel van de 2e Divisie.

In 1953 werd hij dirigent van de Koninklijke Harmonie Apollon Berchem (Antwerpen) en van de Koninklijke Harmonie der Kolenmijnen Beringen. Van 1958 tot 1977 was hij ook dirigent van de Koninklijke "Sint-Martinusfanfare", Halle.

Ging in eerste instantie de compositorische belangstelling van Moerenhout vooral uit naar de symfonische muziek en het koor; later bleek toch dat hij z'n hart had verpand aan de blaasmuziek. Van lieverlee ontstonden dan ook zeer zelfstandige transcripties van symfonische werken voor het blaasorkest ( van André Ernest Modeste Grétry de Dorpsdansen - Danse villagoise, Céphale et Procris en Zemir et Azor, van Peter Benoit de Concertsuite en Alva's intocht te Brussel, van Arthur Meulemans de Tweede Danssuite, van Flor Peeters de Modaal Suite en van Carl Orff de Carmina Burana).

Zijn plannen om de blaasmuziek met eigen werk eens een flinke stoot omhoog te geven, vielen door de oorlog in duigen. Moerenhout waande zijn geesteskinderen het meest veilig in een koffertje bij zijn militaire bagage, maar juist dat koffertje verdween spoorloos en daarmee zijn met de grootste zorgvuldigheid aangelegde unieke partituren.

De oorlog maakte hem krijgsgevangene in Duitsland en na de ellendige jaren van gevangenschap kwam hij in 1946 terug...

In de Dom van Aken klonk met Kerstmis 1950 zijn mis Puer Natus est.

Op eigen bodem vond hij de sfeer en de rust voor scheppend werk en konden wij kennisnemen van de geestenkinderen en muzikale scheppingen van Moerenhout. Als uit een laattijdig geopende hoorn des overvloeds verschenen zijn werken: de Tweede orkestsuite, het symfonisch gedicht Images d'Eté, de suite Vier Antwerpse Kunstschilders en de suite Lente. Van later datum zijn Divertimento Burlesco, Ode aan de Schelde en Mini Midi Maxi.

Stijl

[bewerken | brontekst bewerken]

Als componist heeft hij zich voor de vernieuwing van het repertoire van de harmonie- en fanfareorkesten een naam gemaakt. Hij schreef een zeer melodische en harmonisch rijk gekleurde muziek. Zijn soms eigenzinnige ritmiek en de zeer gevarieerde orkeststratie droeg in niet geringe mate bij tot de erkenning van het blaasorkest als volwaardig medium. Zijn muziek kreeg internationale vermaardheid en klonk als verplicht werk op internationale wedstrijden van de toenmalige Tsjechoslowakije tot de Verenigde Staten.

Composities

[bewerken | brontekst bewerken]

Werken voor harmonie- en fanfareorkest

[bewerken | brontekst bewerken]

Missen en geestelijke werken

[bewerken | brontekst bewerken]

Vocale muziek

[bewerken | brontekst bewerken]

Cantates

[bewerken | brontekst bewerken]

Liederen

[bewerken | brontekst bewerken]

Publicaties

[bewerken | brontekst bewerken]

Bibliografie

[bewerken | brontekst bewerken]

Media

[bewerken | brontekst bewerken]