Resolutie 689 | ||
---|---|---|
Van de | Veiligheidsraad van de Verenigde Naties | |
Datum | 9 april 1991 | |
Nr. vergadering | 2983 | |
Code | S/RES/689 | |
Stemming | voor 15 onth. 0 tegen
0 | |
Onderwerp | Golfoorlog | |
Beslissing | Goedkeuring van de modaliteiten voor de VN-Irak-Koeweit Waarnemingsmissie in het rapport van de Secretaris-Generaal. | |
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1991 | ||
Permanente leden | ||
Niet-permanente leden | ||
Irak (rood) en Koeweit (blauw).
|
Resolutie 689 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd unaniem aangenomen op 9 april 1991. De resolutie richtte de waarnemingsmissie op de Iraaks-Koerdische grens op.
Op 2 augustus 1990 viel Irak zijn zuiderbuur Koeweit binnen en bezette dat land. Nog diezelfde dag werd de inval door de VN-Veiligheidsraad veroordeeld in resolutie 660. Deze resolutie eiste ook een onmiddellijke terugtrekking van Irak, maar daar kwam niets van terecht. Met resolutie 678 stelde de Veiligheidsraad Irak een ultimatum om voor 15 januari 1991 aan de voorgaande resoluties te voldoen. Irak gaf hier geen gehoor aan en de dag na het verstrijken van het ultimatum begon een coalitie van 34 landen, onder leiding van de Verenigde Staten, operatie Desert Storm met grootschalige luchtbombardementen, gevolgd door een grondoffensief, operatie Desert Sabre. Tegen 27 februari was de strijd beslecht, en op die dag aanvaardde Irak de VN-resoluties.
De Veiligheidsraad: