Kwets
'Reine Victoria'

Een pruim is een vrucht van een van diverse boomsoorten van het geslacht Prunus uit de rozenfamilie (Rosaceae). Van onder meer de pruim (Prunus domestica) en de Japanse pruim (Prunus salicina) worden eetbare vruchten gewonnen.

Variatie

Kwets is in Nederland de naam voor de rassen van de typische ondersoort van de pruim (Prunus domestica subsp. domestica), in Vlaanderen ook wel de algemene naam voor eetbare pruim. Dit is het type dat meestal gebruikt wordt voor het produceren van sterkedrank als Zwetschgenwasser (of Zwetschgenbrand) en slivovitsj.

Van de pruim Prunus domestica worden zowel de grote en vaak sappige tafelpruimen gewonnen, als de kleinere en nogal droge kwetsen, die veel in bereidingen van jam (moes) of gebak gebruikt worden, en de basis zijn voor pruimenjenever. De mirabellen of kroosjespruimen worden soms als een aparte soort opgevat (Prunus insititia) maar ook wel als de ondersoort Prunus domestica subsp. insititia van Prunus domestica.

Tot een andere groep behoren de Japanse pruimen. Deze worden tot de soort Prunus salicina (synoniem: Prunus triflora) gerekend. Prunus salicina is diploïd (2n = 2x = 16). Japanse pruimen kunnen in Nederland wel buiten worden geteeld, doch deze bloeien vroeger dan de Europese cultuurpruimen en lopen daarom meer risico op schade door nachtvorst. In het verleden werden in Nederland wel Japanse pruimen onder glas geteeld. Deze teelt is inmiddels vrijwel verdwenen.

Japanse pruimen verschijnen wel regelmatig in de Nederlandse winkels, omdat deze in het buitenland (bijvoorbeeld Californië) veel worden geteeld en vervolgens worden geëxporteerd. De vruchten van de Japanse pruimen vallen op door de meestal grote ronde tot hartvormige vruchten met stevig vruchtvlees, dat transport over grotere afstand mogelijk maakt.

Er bestaan ook soortkruisingen tussen de Japanse pruim en de abrikoos. Deze staan bekend onder de namen Plumcot, Aprium en Pluot.

Ook bestaan er soortkruisingen tussen de Japanse pruim en de kerspruim (Prunus cerasifera).

Vermeerdering

Voor het behoud van de raseigenschappen, dient de pruim vegetatief te worden vermeerderd. Hiertoe wordt de pruimenboom geënt of geoculeerd op een onderstam. Belangrijk bij de keuze van de onderstam is de groeikracht.

De zeer sterk groeiende onderstammen 'Brompton' en 'Myrobalan B' worden niet veel meer gebruikt. De meest gangbare onderstam in Nederland is op dit moment 'St. Julien A'. Deze geeft aan de boom echter een tamelijk sterke groeikracht.

Er is in de loop der jaren gezocht naar zwakker groeiende onderstammen. Eén ervan is 'Pixy', waarbij de vruchten die aan de boom groeien echter gemiddeld kleiner blijven. Hierdoor is Pixy nooit erg populair geworden.

Op dit moment zijn de voorlopige resultaten van de zwak groeiende onderstam 'VVA-1' veelbelovend. De bomen blijven ongeveer de helft kleiner dan bij gebruik van St. Julien A, de vruchtgrootte is goed en de bomen komen snel in productie. Als de verwachtingen uitkomen, dan zou VVA-1 een flinke stimulans voor intensivering van de pruimenteelt kunnen zijn.

Bestuiving

Sommige rassen zoals Opal, Czar, Ontario, Belle de Louvain en Victoria zijn zelffertiel, wat betekent dat ze bevrucht kunnen worden met eigen stuifmeel. Bij andere rassen moeten er minstens twee verschillende rassen aangeplant worden om vruchtzetting te krijgen.

De bestuiving gebeurt door bijen. De bloei vindt in Nederland plaats van half april tot eind april.

Wereldwijde productie

'African Rose'
Topproducenten van pruim 2018[1]
Land Productie (ton)
Vlag van China China 6.788.107
Vlag van Roemenië Roemenië 842.132
Vlag van Servië Servië 842.132
Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten 368.206
Vlag van Iran Iran 313.103
Vlag van Turkije Turkije 296.878
Vlag van India India 251.389
Vlag van Chili Chili 229.951
Vlag van Marokko Marokko 205.222
Vlag van Oekraïne Oekraïne 198.070

Rassen

Vier geschiktte rassen voor Nederlandse omstandigheden zijn (ongeveer op volgorde van rijptijd):

'Reine Victoria'

Andere rassen zijn (ongeveer op volgorde van rijptijd):

'Valor'
'Anna Späth'

Een aparte groep pruimenrassen zijn de zogenaamde mirabellen.

Ook van de groep Japanse pruimen bestaan diverse rassen, zoals: 'Golden Japan', 'Burbank', 'June Blood', 'Formosa', 'Santa Rosa', 'Beauty', 'Satsuma', 'Black Amber', 'Friar', 'Howard Miracle' en 'Shiro'. Enkele van deze rassen worden in Nederland op zeer bescheiden schaal nog onder glas geteeld.

Ziekten en aantastingen

'Reine Victoria' met harsgang in lengte doorgesneden
'Opal' met Monilia-rot

De belangrijkste ziekte is loodglans (Chondrostereum purpureum). De bladeren van aangetaste bomen krijgen een grijze of zilverachtige kleur. Vooral het ras Victoria (synoniem Reine Victoria) is zeer vatbaar. Ook is dit ras zeer gevoelig voor gomvorming in de vruchten. Daarnaast kan bacteriekanker (Pseudomonas syringae pv. morsprunorum) optreden. Beide ziekten komen vaak tegelijk voor.

Roest (Tranzschelia pruni-spinosae var. discolor) is een belangrijke bladziekte, die vooral in natte nazomers schade kan veroorzaken. Op de onderkant van het blad komen donkerbruine sporehoopjes voor en aan de bovenkant gele vlekjes. Verder kan de pruim aangetast worden door Monilia-rot, waarbij de aangetaste pruimen vaak als mummies aan de boom blijven hangen.

Zoek pruim op in het WikiWoordenboek.