De Leidse Hogere Burgerschool, later Rembrandt Lyceum en Rembrandt Scholengemeenschap, is een voormalige school in de Nederlandse stad Leiden. De school bestond tussen 1864 en 1999.

Geschiedenis van de school

De Leidse Hogere Burgerschool werd opgericht bij besluit van de gemeenteraad van Leiden van 28 juni 1864. Dit schooltype was mogelijk gemaakt door de Wet op het Middelbaar Onderwijs uit 1863 van Johan Rudolph Thorbecke. De nieuwe opleiding was bestemd voor dat deel van de burgerij dat voor haar kinderen geen universitaire vervolgopleiding voorzag, maar wel een brede algemene ontwikkeling ter voorbereiding op voorname beroepen.

In de eerste decennia konden alleen jongens de HBS volgen; de eerste vrouwelijke leerling, Marie Callenfels, behaalde haar diploma in 1893.[1] In 1922 werd de school omgedoopt in Hogere Burgerschool met vijfjarige cursus. In 1957 werd een gymnasium-afdeling toegevoegd en werd de naam van de school veranderd in Rembrandt-Lyceum. Met de Mammoetwet 1968 verdween de HBS en ging de school verder als Rembrandt Openbare Scholengemeenschap, later kortweg Rembrandt Scholengemeenschap geheten. Deze scholengemeenschap herbergde een MAVO-, HAVO- en VWO-opleiding. Een dalend aantal leerlingen, gecombineerd met een landelijke tendens van schaalvergroting in het middelbaar onderwijs, leidde ertoe dat de school in het jaar van haar 135-jarig bestaan (1999) is opgegaan in het Da Vinci College (thans Scholengroep Leonardo da Vinci).

De school kende sinds 1911 haar eigen schoolvereniging genaamd M.T.G.S. (Emtégeès). De schoolkrant heette Het Uiltje, maar verscheen later ook onder andere namen.

Schoolgebouwen

Gedurende de eerste twee jaar van het bestaan van de school werd het onderwijs gegeven in onder meer het gebouw van genootschap Mathesis Scientiarum Genitrix aan de Pieterskerkgracht en van het Stedelijk Gymnasium Leiden aan de Lokhorststraat 16. In 1866 kreeg de school een eigen gebouw aan de Pieterskerkgracht 13 (het werd in 1969 afgebroken; op deze plek, Hannes van Leeuwenplein, ligt nu een kinderspeelplaats).

De Leidse HBS voor jongens aan de Pieterskerkgracht, gebouwd in 1866 en afgebroken in 1969

In 1915 verhuisde de school naar een nieuw gebouw aan de Burggravenlaan 2, op de hoek met de Hoge Rijndijk. Dit monumentale pand, ontworpen door de architect Willem Dudok, zou tot 1979 in gebruik blijven bij de school.[2] Het huisvest thans een deel van middelbare school Bonaventuracollege.

Toen vanaf de jaren 1960 het aantal leerlingen snel groeide, en het gebouw aan de Burggravenlaan niet langer groot genoeg was, werd gebruik gemaakt van diverse dependances.

Het gebouw aan de Burggravenlaan, in gebruik bij de school tussen 1915 en 1979

Nadat de school het pand aan de Burggravenlaan had verlaten, werd zij tijdelijk gehuisvest in noodgebouwen aan de Schubertlaan in Leiden Zuidwest. Daarnaast bleef de dependance aan de Vijf Meilaan in gebruik bij de lagere klassen.

In 1982 werd een nieuw gebouw betrokken in de toen nog nieuw te ontwikkelen wijk de Coebel aan de Noachstraat 2, een straat vernoemd naar oud-leraar B.M. Noach (1881-1977).[3] Het tegelpatroon in de hal werd door kunstenaar Peter Struycken met de computer gemaakt. De school zou dit gebouw blijven gebruiken tot zij in 1999 werd opgeheven.

Kwestie Marijnis

In 1975 leidde het voorgenomen ontslag van de populaire leraar Nederlands en latere schrijver en journalist Paul Marijnis (1946-2008) tot veel onrust op de school. Leerlingen vormden een actiecomité en ook docenten organiseerden zich om te klagen over het beleid van de schoolleiding en van wethouder Tesselaar. Op 23 mei trokken 250 leerlingen naar het Leidse stadhuis en eisen dat het ontslag wordt ingetrokken, een eis die uiteindelijk werd ingewilligd.

Bekende oud-leerlingen

Bekende oud-docenten

De eerste directeur van de school, Dirk de Loos

Directeuren en Rectoren

Literatuur over de school