Jean-Pierre Marielle
Jean-Pierre Marielle in Cannes tijdens het festival in 2006.
Algemene informatie
Geboren 12 april 1932
Geboorteplaats Dijon
Overleden 24 april 2019
Overlijdensplaats Saint-Cloud
Land Vlag van Frankrijk (1794–1815, 1830–1974, 2020-heden).svg Frankrijk
Werk
Pseudoniem J.P. Marielle, Jean Pierre Marielle
Jaren actief 1953 - 2016
Beroep acteur
(en) IMDb-profiel
(mul) TMDb-profiel
(en) AllMovie-profiel
Portaal  Portaalicoon   Film

Jean-Pierre Marielle (Dijon, 12 april 1932Saint-Cloud, 24 april 2019) was een Frans acteur.

Hij speelde in meer dan honderd films. Hij vertolkte zowel komische rollen (Le Diable par la queue, Sex-shop, Les Galettes de Pont-Aven, Calmos ...) als dramatische rollen (Que la fête commence, Coup de torchon, Tous les matins du monde, La Controverse de Valladolid, Le parfum d'Yvonne, Les Âmes grises...).

Zijn warme, diepe, ietwat plechtstatige bromstem was zijn handelsmerk.

Leven en werk

Opleiding

Marielle volgde in Parijs lessen aan de École nationale supérieure des arts et techniques du théâtre en aan het Conservatoire national supérieur d'art dramatique. In het Conservatoire sloot hij een levenslange vriendschap met Jean-Paul Belmondo, Jean Rochefort en Bruno Cremer. Met hen maakte hij deel uit van 'la bande à Bébel', waartoe eveneens Françoise Fabian, Jean-Pierre Mocky, Guy Bedos, Pierre Vernier en anderen behoorden. Tijdens zijn studies, die hij afsloot met een tweede prijs in 1954, speelde hij 's avonds al toneel en cabaret.

Hij werd eerst stagiair bij de Comédie-Française en was al gauw te zien op het podium van toneelzalen van de Rive Gauche. Hij trad vervolgens toe tot het toneelgezelschap Grenier-Hussenot.

Filmacteur

Beginjaren

Eind jaren vijftig-begin jaren zestig

Gedurende zijn eerste passage in de filmwereld werd Marielle voornamelijk gecast in bijrollen, meestal in komedies. Van meet af aan viel op dat hij een meester was van het karikaturale en het burleske. Zo onder meer in twee films van veteraan Henri Decoin, in twee Fernand Raynaud-vehikels, in Faites sauter la banque, een van de eerste succesvolle samenwerkingen tussen regisseur Jean Girault en Louis de Funès, en in een Fernandel-vehikel. In 1962 nam Marielle de (voor hem in die tijd zeldzame) hoofdrol voor zijn rekening in het drama Climats, een ambitieuze verfilming van de gelijknamige roman van André Maurois, maar de film werd een flop. Daarop beproefde Marielle zijn geluk opnieuw in het theater en het cabaret, waar hij optrad met Guy Bedos.

Terug naar de filmwereld

Na enige tijd kreeg hij dan toch meer en meer solidere filmrollen, nogal dikwijls aan de zijde van zijn boezemvriend Belmondo, onder meer in de avonturenfilm Échappement libre (1964) en de komedie Tendre Voyou (1966), twee vroege films van Jean Becker. In het heel succesrijke Week-end à Zuydcoote (1964), een oorlogsdrama gebaseerd op de met de Prix Goncourt bekroonde gelijknamige roman van Robert Merle, was hij als priester een uitstekende kameraad-soldaat van Belmondo.

Vermeldenswaardig waren nog drie komedies van Philippe de Broca. Voorts twee komedies van Claude Berri, beiden bescheiden successen: in Le Pistonné (1970) zette hij een karikaturale luitenant neer en in Sex-shop (1972) gaf hij erg veel kleur aan een vicieuze tandarts.

Jaren zeventig

De jaren zeventig waren zijn drukste filmjaren en werden gekenmerkt door het feit dat Marielle meer en meer hoofdrollen begon te vertolken. Zo werd hij geleidelijk een vedette. Enkele sleutelfilms zijn

Jaren tachtig

De jaren tachtig waren minder hectisch. Marielle verscheen onder meer in

Jaren negentig

Tijdens de jaren negentig daalde Marielle's filmactiviteit aanzienlijk. Hij was te zien in vermeldenswaardige films als

Latere carrière

Marielle leverde ook op gevorderde leeftijd vermeldenswaardige vertolkingen af:

Samenwerkingen

Marielle werkte graag en regelmatig samen met de meeste vertegenwoordigers van het toenmalige kruim van de betere commerciële Franse cinema: hij werd meermaals gecast door Philippe de Broca (3 films), Jean Becker (2), Claude Berri (4), Bertrand Blier (4), Georges Lautner (2), Edouard Molinaro (2), Bertrand Tavernier (3), Joël Seria (4), Patrice Leconte (3) en Claude Miller (2). Hij werkte ook eenmalig samen met onder meer Henri Verneuil, Jean Girault, Yves Robert, Yves Boisset, Claude Sautet, Claude Lelouch, Alain Corneau en Alexandre Arcady.

Hij deelde meermaals de affiche met generatiegenoten, Jean-Paul Belmondo, Jean Rochefort, Philippe Noiret, Claude Brasseur, Jean-Claude Brialy, Michael Lonsdale, Annie Girardot en Dominique Lavanant voorop. Later kruisten onder meer Gérard Depardieu, Daniel Auteuil en Michel Blanc verscheidene keren zijn pad.

Televisie

Zijn hele carrière lang was Marielle ook actief in de televisiewereld, met uitzondering van de jaren 1964-1984 toen hij voornamelijk op het witte doek was te zien.

Vermeldenswaardig zijn vooral zijn samenwerkingen met Jean-Daniel Verhaeghe en met Josée Dayan. Deze regisseurs van televisiefilms zijn vooral gespecialiseerd in het verfilmen van literatuur en/of van historische onderwerpen.

Verhaeghen castte Marielle vijf keer, onder meer in Bouvard et Pécuchet (tweedelig, naar de gelijknamige roman van Gustave Flaubert, 1990) waarin Marielle en Jean Carmet de titelrollen invulden. La Controverse de Valladolid (1992) had het over het Dispuut van Valladolid tussen de Dominicaan Bartolomé de las Casas (Marielle) en de kanunnik en officiële historicus van de Spaanse kroon Juan Ginés de Sepúlveda (Jean-Louis Trintignant), onder auspiciën van de pauselijke gezant (Jean Carmet). In Galilée ou l'Amour de Dieu (2006) belichaamde Marielle paus Urbanus VIII die zich verplicht ziet Galileo Galilei (Claude Rich) zijn ketterij te doen afzweren voor de rechtbank van de Inquisitie.

Dayan begon Marielle te regisseren in enkele televisiefilms toen hij al de tachtig naderde.

Toneel

Marielle had een brede smaak. Aan het begin van zijn toneelcarrière verscheen hij in werk van enkele klassieke toneelschrijvers zoals Molière, Racine, Lope de Vega en Alfred de Vigny.

Gaandeweg vertolkte hij ook auteurs uit het einde van de 19e eeuw en uit de eerste helft van de 20e eeuw zoals Tsjechov, Pirandello, Claudel en Jean Giraudoux.

Doorheen zijn lange carrière kwamen moderne dramaturgen meer en meer aan bod. Hij werd gecast in meerdere toneelstukken van Peter Ustinov, Harold Pinter, Jean Anouilh, Félicien Marceau en Jean-Claude Carrière. Andere grote namen die hij hielp op de planken brengen waren Sacha Guitry, Marcel Aymé, Eugène Ionesco en Tom Stoppard.

Acteerstijl en voorkomen

Marielle was een veelzijdig acteur. In de eerste plaats muntte hij uit in het creëren van komische, kleurrijke, onstuimige, vitale, excentrieke en soms karikaturale personages.

Hij speelde graag een zelfverzekerde en frivole ijdeltuit, een opvliegend haantje, een neerbuigende en arrogante man, waardoor hij soms beperkt en bekrompen van geest overkwam.

Hij had ook een ernstige, soms duistere kant waardoor hij even overtuigend acteerde in drama's en misdaadfilms.

Hij had een rijzige gestalte, een imposant en zelfverzekerd voorkomen waardoor hij altijd nadrukkelijk aanwezig was.

Hij was welbespraakt en zijn diepe en plechtstatige maar toch warme, speelse en opgewekte basstem was daar niet vreemd aan. Hij kon hoogdravend en ronkend zijn teksten uitspreken.

Filmografie (ruime selectie)

Nominaties

César voor beste acteur

César voor beste acteur in een bijrol

Publicaties