Gemeentedecreet
Titel Gemeentedecreet van 15 juli 2005
Toepassingsgebied Vlag Vlaams Gewest Vlaams Gewest
Rechtsgebied Publiekrecht
Status Geldend
Goedkeuring en inwerkingtreding
Ingediend op 26 mei 2005 door regering-Leterme
Aangenomen door Vlaams Parlement op 6 juli 2005
Ondertekend op 15 juli 2005
Gepubliceerd op 31 augustus 2005
Gepubliceerd in Belgisch Staatsblad
In werking getreden op Verschillend (vnl. 1 januari 2006 en 1 januari 2007)
Ingetrokken/
opgeheven op
31 december 2018
Geschiedenis
Opvolger van Nieuwe Gemeentewet (wat betreft het Vlaams Gewest)
Opgevolgd door Decreet Lokaal Bestuur
Portaal  Portaalicoon   Mens & maatschappij

Het gemeentedecreet is het decreet van 15 juli 2005 van het Vlaams Parlement dat de werking van de 308 gemeenten in het Vlaams Gewest regelt. Op 1 januari 2019 werd het opgevolgd door het Decreet Lokaal Bestuur.

Bevoegdheid

[bewerken | brontekst bewerken]

De bevoegdheid om de organisatie van gemeenten en de provincies te regelen, is in België sinds 1 januari 2002 overgedragen aan de gewesten (Lambermontakkoord). Dat betekent dat Vlaanderen en Wallonië voortaan de werking regelen van elk vijf provincies en respectievelijk 308 en 262 gemeenten. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft zelf de provinciebevoegdheden en de organieke bevoegdheid over de 19 Brusselse gemeenten.

De gewesten kunnen dus de oude "Belgische" gemeentewet (verwarrend genoeg "Nieuwe Gemeentewet" genaamd) grotendeels vervangen door hun eigen wetgeving. Het Vlaamse Parlement keurde op 6 juli 2005 het (Vlaamse) gemeentedecreet goed. Dat gemeentedecreet werd bekrachtigd op 15 juli 2005. Het merendeel van de artikelen van dit decreet is in werking getreden op 1 januari 2007, bij de start van de legislatuur 2007-2012.

Een afzonderlijk decreet, het Provinciedecreet, regelt de werking van de vijf Vlaamse provincies. Er is ook een afzonderlijk OCMW-decreet en een decreet dat de intergemeentelijke samenwerking regelt. Onder de regering-Bourgeois is er echter in 2017 een Decreet Lokaal Bestuur gekomen, ter vervanging van het gemeentedecreet, het OCMW-decreet en het decreet intergemeentelijke samenwerking.

Inhoud

[bewerken | brontekst bewerken]

Aanpassing na regionalisering

[bewerken | brontekst bewerken]

Een van de grote bekommernissen bij het tot stand komen van het gemeentedecreet was zo veel als mogelijk de autonomie van de gemeenten te respecteren. In het gemeentedecreet - dat een kaderdecreet is - wordt het principe gehanteerd dat de gemeentebesturen de verantwoordelijkheid voor het organiseren en het financieren van het democratisch bestuur zoveel als mogelijk zelf moeten dragen.

De Vlaamse minister bevoegd voor binnenlandse aangelegenheden somde de voornaamste vernieuwingen op:

Er waren ook vergevorderde plannen om de burgemeester rechtstreeks te laten verkiezen, maar daar is uiteindelijk geen meerderheid voor gevonden.

Het decreet regelt ook het verzoekschrift op gemeentelijk niveau. In 2004 schreef parlementslid Dirk Holemans hiervoor een voorstel van decreet[1]. Alhoewel dit recht vermeld werd in de grondwet, bleef het tot 1 januari 2007 voor de burger onmogelijk om er ten aanzien van de gemeenteraad gebruik van te maken.

Onbestuurbaarheid

[bewerken | brontekst bewerken]

Na de gemeenteraadsverkiezingen wordt het college van burgemeester en schepenen gevormd, dat in principe voor een periode van zes jaar verkozen is. Door het wijzigingsdecreet van 29 juni 2012[2] bestaat er sinds de legislatuur die op 1 januari 2013 begon, een "procedure tot herstel van de bestuurbaarheid" (art. 47bis van het gemeentedecreet).

Wanneer de gemeenteraad bij gewone meerderheid de structurele onbestuurbaarheid vaststelt, brengt die de Vlaamse Regering daarvan op de hoogte. De gouverneur krijgt van de Vlaamse Regering een bemiddelingsopdracht. Als de Vlaamse Regering vaststelt dat deze bemiddeling de onbestuurbaarheid niet oplost, brengt ze de gemeenteraad daarvan op de hoogte. In dat geval kan de gemeenteraad vervolgens de procedure starten voor de aanstelling van een nieuw college van burgemeester en schepenen. Na het ontslag van de burgemeester door de Vlaamse Regering, dragen de gemeenteraadsleden ook een nieuwe burgemeester voor. De beslissing kan per gemeente maar één keer per legislatuur genomen worden.

Sinds deze procedure mogelijk is, is ze al vaak gebruikt. In september 2013 werd deze in Turnhout voor de eerste keer toegepast.[3] In 2014 volgden de gemeenten Putte, Denderleeuw, Borgloon en Tienen.[4] Ook in andere gemeenten wordt of werd gedreigd met deze procedure.

[bewerken | brontekst bewerken]