Plato
Dit artikel is een deel van de serie over:
de dialogen van Plato
Vroege periode:
Apologie van Socrates · Charmides
Protagoras · Euthyphro
Ion · Crito · Alcibiades I
Hippias Major · Hippias Minor
Laches · Lysis · Euthydemus
Middenperiode:
Cratylus · Gorgias
Menexenus · Meno
Phaedo · Symposium
Staat · Phaedrus
Late periode:
Parmenides · Theaetetus
Timaeus · Critias
Sofist · Staatsman
Philebus · Wetten
Betwiste geschriften:
Clitophon · Epinomis
Brieven · Hipparchus
Minos · Theages
Alcibiades II · Minnaars
Niet geschreven:
Hermocrates · Ongeschreven leer
Romeinse buste van Socrates uit de 1e eeuw, mogelijk een kopie van een verloren bronzen beeld gemaakt door Lysippos.

Critias is een van de latere filosofische dialogen van Plato en het tweede deel van zijn geplande trilogie over de strijd tussen het mythische Atlantis en Athene die volgens de legende 9000 jaar tevoren plaatsvond.

Intertekstualiteit

[bewerken | brontekst bewerken]

Net zoals bij symposium, Apologie, Menexenus, Protagoras, Crito, Phaedrus en Timaeus kunnen we ons afvragen of het hier wel om een dialoog in de ware betekenis van het woord gaat. Symposium is een aaneenschakeling van speeches bijvoorbeeld, en ook in de andere dialogen is niet altijd Socrates aan het woord. Bij Critias kiest Plato dan weer voor de vertelvorm. Weliswaar zijn er drie participanten aan het gesprek, maar Socrates en Hermocrates beperken zich tot een inleidende rol. De hoofdrol is hier duidelijk weggelegd voor Critias, die in een lange monoloog de rest van het verhaal op zich neemt.

Critias werd voorafgegaan door Timaeus en zou opgevolgd worden door Hermocrates. Deze laatste dialoog werd naar alle waarschijnlijkheid nooit geschreven[1]. Ook Critias zelf bleef deels onafgewerkt. We treffen hier dezelfde sprekers aan als die uit de 'Timaeus': Socrates, Timaeus van Locri, Hermocrates en Critias.

Protagonisten

[bewerken | brontekst bewerken]

Inhoud

[bewerken | brontekst bewerken]
Fictieve kaart van Atlantis

Critias stelt de Atheense maatschappij van 9000 jaar voor Plato's tijd voor als een ideale samenleving. Het landschap verschilde er grondig van het huidige Atheense landschap, dat volledig hertekend werd door aardbevingen en overstromingen. Griekenland was een land van groene heuvels en vruchtbare gronden. Er was overschot aan vruchten en graan en het water uit de bronnen stroomde overdadig. De Atheense boeren en krijgers waren deugdzaam, hardwerkend en matig.

Critias vertelt dan over het ontstaan van Atlantis. Het zou gaan om een eiland ten westen van de Zuilen van Heracles (de huidige Straat van Gibraltar) in de Atlantische Oceaan. De goden verdeelden door loterij de delen van de aarde en het eiland Atlantis kwam toe aan de zeegod Poseidon. Die werd verliefd op Kleito, een aardse vrouw, met wie hij verschillende kinderen voortbracht. Atlas, de oudste van allen, werd heerser en koning over Atlantis.

Vervolgens begint Critias aan een uitgebreide beschrijving van het eiland met zijn paleis, zijn tempels, zijn grachten en verdedigingswerken. Hij vertelt hoe de muren van de gebouwen bekleed werden met het verloren gegane orichalcum, dat hij als kostbaarste metaal na goud klasseert. Vele generaties lang bleven de Atlantiërs deugdzaam en zij toonden zich onverschillig tegenover de verleidingen van goud en bezit. Maar op den duur verloren zij, door vermenging met mensen, te veel van hun goede kwaliteiten en werden corrupt. Zeus, de oppergod, zag het aan en strafte Atlantis... Het verhaal eindigt hier abrupt. We weten alleen uit de Timaeus dat het eiland door de zee is verzwolgen, waardoor Athene de machtigste staat in het Middellandse Zeegebied werd.

Referenties

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. Eberz, J., "Die Bestimmung der von Platon entworfenen Trilogie Timaios, Critias, Hermokrates". Philologus 69: 40-50, 1910.
  2. Cornford, (1937) - geparafraseerd
  3. Eberz (1910), p. 43.
  4. Kranz (1967), p. 343.
  5. Thesleff (1982), p. 190. - Eigen vertaling
  6. Frank (1923), p. 379.
  7. Cornford (1937), p. 2. - geparafraseerd

Bibliografie

[bewerken | brontekst bewerken]
[bewerken | brontekst bewerken]