Pinautomaat bij een onbemand benzinestation
Pinautomaat (links) bij een OV-bus in Nederland

Een betaalautomaat is een apparaat om betalingen uit te voeren. Dit in tegenstelling tot een geldautomaat (of bankautomaat) waarmee met een betaalkaart en bijbehorende pincode contant geld kan worden opgenomen.

Meestal wordt bij een betaalautomaat met een betaalkaart betaald. Als men bij het betalen een pincode moet intoetsen heet het in Nederland ook een pinautomaat. Het onderdeel van een pinautomaat dat door consumenten gebruikt wordt om de pincode in te voeren en de transactie te bevestigen heet ook wel een pinpad.

Er zijn ook apparaten waar met contant geld kan worden betaald:

Er is ook de geldwisselautomaat, meestal voor het inwisselen van een bankbiljet of munt voor munten van lagere waarde.

Systemen

Er bestaan verschillende typen betaalautomaten:

Chip of magneetstrook?

Op de eerste bankkaarten stond enkel een magneetstrook die bij een elektronische betaling gelezen werd. Naderhand, vooral om fraude en misbruik te voorkomen werd vanaf het begin van het millennium standaard de op de kaart geïntroduceerde contactchip gelezen, ook al was die chip in Nederland vooral gekend als de Chipknip (in België Proton) (zie EMV). Vanaf het tweede decennium kregen de betaalkaarten meer en meer een contactloze chip (NFC) voor contactloos betalen ingepland naast de zichtbare contact-chip.

Kosten

Omdat de winkelier vaak een abonnement betaalt bij zijn betalingsdienstaanbieder of een kost per transactie betaalt, is deze methode voor de winkelier niet gratis. Sinds 9 augustus 2018 mogen die kosten niet langer doorgerekend worden aan de Belgische klanten[4] Het voordeel voor de winkelier is dat de betaling meteen wordt uitgevoerd, zonder dat er contant geld in de kassa komt. Mogelijk spaart hij daarmee de kosten van het (beveiligd) geldtransport en is het overvalrisico kleiner. Ook voor contant geld rekenen de banken kosten voor storten en opnemen (in de vorm van muntrollen).